Het nieuwe Gildevaandel

Paulien Adriaans - OpsteenInterview met Paulina Adriaans – Opsteen
Dit interview is afgenomen op 10 februari 2015.

Paulina, hoe is jouw binding met het Gilde?
Mijn ouders waren bij het Gilde en zo groei je er vanzelf in. Toen mijn zoon John in 1991 deken werd van het Gilde was mijn vader al 65 jaar bij de skut.

Hoe kwam je erbij om een nieuwe vlag te gaan maken voor het Gilde?
Ze waren bij de skut al enkele jaren bezig met een nieuwe vlag. De zusters in België maakten er ook wel één maar dan ging het zo’n 15.000 tot 20.000 euro kosten. Toen zei ik dan gaan we het toch zelf doen met een paar dames. Uiteindelijk ben ik er alleen aan begonnen. Voor mij is het puur hobby.

Hoelang ben je er nu mee bezig?
Nou ik ben er 2,5 jaar geleden mee begonnen. Ik ben toen samen met Albert van den Eijnde stof gaan halen.

Hoeveel uur heb je er al inzitten?
Ik heb het precies bijgehouden, want dat vond ik gewoon leuk om te weten. Ik heb nu precies 2033 uur geborduurd.

Hoeveel uur denk je nog nodig te hebben voordat de vlag klaar is?
Er komen zeker nog wel 100 uren bij.

De spullen zoals garen en stof moet je dat ergens speciaal gaan halen of maakt dat niet uit?
Stof dat heb ik samen met Albert in Liessel gehaald, dat is echte Franse zijde. Dat is ook best wel duur per meter. We hadden van elk (rood en gebroken wit) 5 meter nodig. Het garen dat maakt niet uit, dat kun je in elke stoffenwinkel krijgen.

Wat is voor jou het leuke aan dit werk?
In het begin was het best eentonig vanwege de opdruk, maar daarna als je aan de kleuren gaat beginnen is het wel leuk om te doen. Vooral goed licht is erg belangrijk.

Nieuw Gildevaandel Sint Jorisgilde GemertHeb je voor jezelf een deadline of maakt het niet uit wanneer het geheel klaar is?
Jawel, ik heb voor mezelf uitgemaakt dat de vlag klaar is met de optrekdag. Dit jaar op zaterdag 25 april a.s.. Voor mezelf wil ik hem dan ook af hebben, dus werk ik nu ’s morgens een uur, dan ’s middags een uur en ’s avonds werk ik er van 20 tot 23 uur aan als het kan.

Wat was voor jou het moeilijkste aan het geheel?
Het moeilijkste was het medaillon op het stof zetten. Maar Marjo Penninx, een dochter van een zus van mij, heeft het medaillon via de computer uitgewerkt (zij werkt bij de Vlisco) en heeft alles op fotopapier gezet. Toen ben ik ermee naar Smets zeefdruk gegaan en die heeft het erop gezet. Wat hij niet verteld had was dat het een strijkpatroon was. Daar kwam ik nadien achter en toen ik dat wist kon ik alle kleine details eruit halen. Dat was voor mij een stuk makkelijker.

Heb je er na al die uren nog zin in?
Natuurlijk! Ik doe het graag. Het is voor mij hobby en een heel mooi tijdverdrijf. Trouwens, ik doe het ook met liefde en plezier voor deze vereniging!

Paulina, heb je nog een boodschap of iets te vertellen aan onze Gildeleden?
Ik hoop uit de grond van mijn hart dat alle leden die met deze vlag in de toekomst omgaan er ook heel zuinig mee omgaan. Dat ze hem vooral niet nat laten worden, want dat zou zonde zijn.

Graag willen wij als Gilde via deze weg alvast Paulina Adriaans – Opsteen ontzettend bedanken voor de gastvrijheid en haar nog heel veel succes wensen met de laatste loodjes van haar ‘kunstwerk’. Dankjewel Paulina!

Bekijk hier alle foto’s van Paulina en het borduren van de nieuwe vlag.

 

De geur van de rooi skut

Tijdens de optrekdag 2014 werd Jos Berkers gehuldigd vanwege zijn 25-jarig lidmaatschap bij het Sint Jorisgilde Gemert. Naar aanleiding van deze mijlpaal, en om hun vader te feliciteren, schreven zijn zoon en dochter een essay waarin zij hebben proberen weer te geven wat de skut bij hen oproept.


De Rooi Skut – Een korte Lezing

SONY DSCAls wij aan de skut denken komt één aspect duidelijk naar voren als haar alomvattende kern. Eén aspect van de skut waarin al haar lagen en al haar eigenschappen samenkomen en waarin al haar karakters worden vertegenwoordigd. Het beschrijft de skut in al haar glorie, in al haar hoogte- en dieptepunten.

We spreken hier over de geur van de rooi skut.

De geur van de skut zoals wij deze van jongs af aan hebben leren kennen is een mannelijke geur vol testosteron. Een geur die doet denken aan mannen. Uiteraard zijn deze mannen vaak onlosmakelijk verbonden aan hun vrouwen en weten wij als geen ander dat de vrouw thuis de boel in ‘t gareel houdt (bedankt mam).

Maar we spreken vandaag over de geur van de skut en de essentie van de geur van de skut is zonder twijfel puur mannelijk. De geur die afstamt van de echte kerels uit de middeleeuwsche schutterij waaronder de burgers zich beschermd en veilig voelden, die geur is van generatie op generatie doorgegeven en zal ook in de neuzen van onze kinderen blijven zinderen.

Daarnaast typeert de geur zich als ietwat zweterig. Wellicht af en toe wat angst en zenuw-zweterig vanwege de grote evenementen die worden georganiseerd, maar dat is niet het zweetluchtje dat de overhand heeft in de geur van de skut. Het zweetluchtje waar ik over spreek is de geur van zweet dat vrijkomt bij noeste arbeid. En laat ik even duidelijk zijn: dit zweet stinkt geenszins. Sterker nog, van de verse zweetlucht die men ruikt, veroorzaakt door noeste arbeid, wéét men dat deze is vrijgekomen door hard werk en juist dat aspect, het feit dat men weét dat de arbeid er aan ten grondslag ligt, maakt dat deze geur niet als stinkend wordt ervaren. Precies deze geur, de geur van werk, van jullie harde werk, is onderdeel van de geur van de skut.

Werk verveelt snel wanneer het niets oplevert en wellicht verklaart dat het feit dat de skut investeert in grootse evenementen. Het ploeteren, het werken werpt duidelijk zijn vruchten af. Gildefeesten, schoolprojecten, ………… en de kroonjuweel van afgelopen jaren: de kapel. Het vele werk dat gestoken werd in al deze projecten en evenementen kan men herkennen in de allesomvattende geur van de skut.

Een ander aspect van de geur van de skut omvat het levens-genieten. We hebben het hier over het vleugje alcohol dat de geur mede kenmerkt. Het leven wordt hier gevierd, op zowel haar plezierige als haar minder plezierige momenten. Het leven zoals het bij eenieder anders loopt en waarin skutsmensen er voor elkaar zijn. De betrokkenheid van de mannen en vrouwen van de rooi bij elkaars levenspad is enorm. Telefoontjes, bezoekjes, mailtjes, kaartjes, alles wordt ingeschakeld om elkaar op de hoogte te brengen van medeleven bij zowel geluk als ongeluk. Volgens de eeuwenoude wetten van de broederschap wordt er geproost op nieuw leven, maar ook gedronken op verdriet. Zaken worden bespreekbaar onder het genot van een pilske en de geur van de skut is daarmee geaccentueerd door een vleugje alcohol.

Maar de kern van de geur zit ‘m volgens ons in haar warme karakter. De warmte die het broeder- en zusterschap met zich meebrengt. De warmte van de rooi. Deze warmte welt in de dikke niet ademende gildekostuums van de zilverdragers, groetende vendeliers en marcherende tamboers, maar deze warmte komt vooral vrij waar gildebroeders en gildezusters verenigd zijn. Wij kunnen haar overal herkennen. Het betreft een warmte die groeit door de jaren heen en die de veelzijdige geur tot één geheel maakt. Deze warmte heeft dan ook een tweeledige functie.

Wellicht wordt deze eigenschap wat meer verhelderd wanneer we u meenemen naar een bestuursvergadering bij ons thuis in de keuken. Tijdens zo’n bestuursvergadering komt het geurenpalet van de skut namelijk zeer sterk tot haar recht. Zo’n vergadering begint met koffie, een rustig binnenkomen en een koekje, klaargezet door ons moeder. Naarmate de vergadering vordert en de avond wat ouder wordt, stijgt de temperatuur in onze bescheiden keuken vol trotse schutslui. Discussies of meningsverschillen zijn er nooit! Noujaa dat is niet waar natuurlijk. Gelukkig! is dat niet waar! Er wordt hard gewerkt en eenieder wil zijn zegje doen. Dan worden de discussies wellicht wat luider want al weet men van elkaar dat elk lid het beste voor heeft met de rooi skut, de meningen staan soms nou eenmaal lijnrecht tegenover elkaar.

Maar juist deze discussies kenmerken het geploeter dat het zweetluchtje aan de geur van de skut toevoegt. Het strijden en verzoenen brengt de warmte teweeg. En als de avond wat vordert wordt er een pilsje uit de garage gehaald en af en toe… nog een pilsje… Wanneer één van ons tijdens de vergadering de keuken binnenwandelt, wordt hij of zij volledig bevangen door de geur van de skut die ik hier probeer te beschrijven. De skutse warmte slaat je in je gezicht en onze keuken is veranderd in een dampend brainstormcentrum. De condens plakt op de ramen en de mengelmoes van vers zweet, alcohol, mannelijkheid en warmte herkennen wij uit duizenden. De geur die we ruiken is precies de geur van de skut en als de vergadering voorbij is en iedereen weer naar huis is gegaan om bij hun vrouw uit te huilen of euhh ik bedoel te vertellen hoe met verve hun standpunt is verdedigd en om te laten weten hoe veel ze van haar houden. Is het enige wat na een tijdje nog de geur in onze keuken doet verspreiden de hoopjes schoeisel-modderzand en koekresten onder de stoelen.. Ja.. dat wisten jullie misschien niet, maar ons mam weet precies wie waar heeft gezeten en wie de meeste rommel achterlaat!

Maar de hoopjes geur worden opgeruimd en dan is het goed om te weten dat deze geur niet slechts aanwezig is bij bestuursvergaderingen. Ze is overal waar de skut komt. De geur is er bij een optrekdag, bij gildefeesten, bij Koningschieten enzovoorts. Ze is volledig in de dikke warme zwarte pakken van de skut getrokken en straalt dit uit naar iedereen die de zwart met rode pakken… ziet… of ruikt…

Deze geur zal nooit verloren gaan en we zijn er trots op dat onze pa hierin bijdraagt. Onze pa is een bescheiden man, maar kent en koestert de geur van broederschap zeer zeker als geen ander en weet deze met zijn pen op gezwinde en op zijn tijd ludieke wijze te beschrijven. Een griffier met oprecht hart voor de schut, doordrenkt met de geur van de schut, al 25 jaar.


 

De rubriek ‘Het Gilde vertelt’ op deze website is een verzameling van oude en recente gildeverhalen. Heb jij ook een mooie anekdote, een typerend verhaal uit de oude doos of gewoon een grappige gebeurtenis te vertellen over het Sint Jorisgilde? Of ken je iemand, al dan niet verbonden met het gilde, die zijn vertelsels graag ten gehore brengt? Laat het ons weten via Deken-schrijver Jos Berkers of per mail via jorisgemert@hotmail.com, zodat we hier met z’n allen een prachtige verhalenpagina van kunnen maken met vertellingen over ons gilde die nooit en te nimmer verloren mogen gaan.