Op zondag 22 juni nam het Sint Jorisgilde Gemert deel aan de Kringdag “Rijk van Nijmegen – De Betuwe”. De organisatie verzorgde Sint Hubertus uit Groesbeek-De Horst. Alles bleek tot in de puntjes geregeld. Compliment hiervoor. Dertig gilden cq schutterijen en een kinderschutterij. Meest opmerkelijk was de schutterij van Amsterdam. Deze konden zo aansluiten bij de Nachtwacht van Rembrandt.
Maar er bleken meer opmerkelijke verschillen met het brabants gildefeest. Het koningschieten bijvoorbeeld gebeurde op een houten vogel met duidelijk twee vleugels en een kop. De gastgilden mochten schieten op de kop en vervolgens linker en dan rechtervleugel. Degene die het laatste stuk eraf haalde ontving een herdenkingspenning. De eigen kring schoot voor de gehele vogel. Zo ook voor het prinsschieten, de jeugdkoning. En wat bleek er was ook een vogel voor de gildekoninginnen. En warempel onze koningin Petra van Wetten van den Eijnde wist de kop eraf te schieten en verdiende daarmee een herdenkingspenning.
Om elf uur s’morgens stonden we klaar voor de opening van het gildefeest. Het hoofdterrein bleek met krijtstrepen ingedeeld. Ieder gilde een afgebakend vak. De opening van de schuttersdag vond meteen plaats. Met toespraken het Wilhelmus en schoten uit een kanon. Jeugdvendeliers mochten vervolgens vendelen op muziek voor de enorme hoofdtribune van bijna een halve voetballengte. Geen massale opmars, geen vendelen voor alle vendeliers, laat staan slangendefilé. Men ging over tot een officiëel defilé per gilde cq schutterij. Alle koningsparen verbleven op de hoofdtribune. Van de eerste vijf gilden mochten de commandanten, bij ons kapiteins genoemd, hun koningsparen ophalen om te begeleiden naar de desbetreffende gilden. Vervolgens mochten deze gilden zich gereed maken voor vertrek. Voorop vertrok de Kienderschutterij uit De Horst – Groesbeek. Men marcheerde naast de hoofdtribune en vervolgens door het plaatselijk dorp. Zodra men gildeterrein verliet mocht het eerstvolgend gilde zich klaarmaken. Commandant bent u gereed voor vertrek. Na een korte stilte volgde de mededeling dat men mocht starten.
Bij het verlaten van het gildeterrein ging men met stille trom verder om in het dorp zelf weer op de gewoonlijke wijze verder te gaan. Zo kreeg elk gilde de gelegenheid om zich keurig te presenteren aan de hoofdtribune, begeleid met tekst en uitleg welk gilde het betrof en de bijzonderheden hierover. Tussendoor werden de commandanten gemaand om hun koningsparen op te halen zodat ook deze tijdig bij het gilde waren. Telkens van vijf gilden. De gebruikelijke optocht noemt men aldaar marswedstrijden. Bij terugkomst op het gildeterrein werd de formatie direct ontbonden. Dus niet meer naar het hoofdterrein. Men beoordeelt aldaar zowel het defilé als de marswedstrijden. Deze beoordelingen zijn nog niet in ons bezit. Er vond overigens geen tentoonstelling plaats.
Op het terrein bleken de wedstrijden al in volle gang. Zo waren er bielemanwedstrijden. Gildemannen met grote bijlen trachtten zo snel mogelijk een boomstam doormidden te kappen. Waarschijnlijk een heel kabaal maar reeds voorbij voordat wij erbij uitkwamen. Wel mochten we ons vermaken met de marketentsters, de damens die met de optocht, sorrie de marswedstrijden meelopen met draagmandjes gevuld met lekkers. Zij toonden onder jury beoordeling hoe ze eten en drinken uitserveren aan medegildeleden. Een aandoenlijk geheel met de nodige charme en humor uitgevoerd. Er was veel schieten op allerlei gebied en het vendelen op muziek in wedstrijdvorm was aangenaam om te zien. Ook muziek- en majorettewedstrijden. Voor de Brabantse gilden waren er vendelwedstrijden. Konden we ons toch weer laten zien voor zover mogelijk. Onze vendelgroep is helaas wat minder en behoeft nodig aan nieuwe impulsen
Het betreft een opmerkelijke ervaring deze Kringdag “Rijk van Nijmegen-De Betuwe”